Dag 10
Door: Gait van de Rikkepoal tot an't Takk'ndroad
Blijf op de hoogte en volg Bonehead
20 November 2017 | Sri Lanka, Bandarawela
Eerst was er wel een hele strenge toegangscontrole waarbij alles wat een beetje afval kon veroorzaken moest worden ingeleverd. Onze chauffeur was tevens onze wandelgids en vond eigenlijk dat het allemaal te langzaam ging en dus ging hij er als een haas vandoor. Het was een ronde van zeven kilometer en je kon dus eigenlijk niet verdwalen. De naam van de wandeling was World's End Trail. Het was een redelijk vlakke wandeling en als eerste hoogtepunt arriveerden we bij Little World's End. World's End is een klif waar je ruim 800 meter naar beneden kijkt. Bij Little World's End is dat gat dus iets kleiner: 300 meter. Dus doorgewandeld naar de grotere variant. Nu moest er wel geklommen worden. Maar ook dat werd moeiteloos overwonnen. Het was verder wel een prettige wandeling. Eenmaal bij World's End aangekomen heb ik de camera maar tevoorschijn gehaald voor wat foto's van het panorama.
De reden dat we zo vroeg aan deze wandeling begonnen was omdat anders het dal gevuld werd met mist en er dus geen uitzicht was. Ik vond het uitzicht eigenlijk maar zo zo. Het was wel mooi , maar echt bijzonder vond ik het allemaal niet. Het was voor mij in ieder geval geen reden om er urenlang te blijven dus vervolgde ik de wandel naar het derde en laatste hoogtepunt van deze wandeling. Deze luisterde naar de naam Baker's Fall. En zoals de naam al vermoedde is dit een waterval. Het was een flink stuk naar beneden klauteren over trappen, maar dan had je ook wat. Een mooie waterval. Het water donderde zo'n 20 meter naar beneden en een via een plateau kon je op spatafstand bij de waterval komen. Het water gaf verkoeling want het was al behoorlijk heet geworden.
Dezelfde weg terug dus dat werd even flink klimmen. Het restant van de wandeling heb heerlijk alleen gewandeld. Hennig an doen en de tijd nemen om zo af en toe eens een fotootje te schieten. Eenmaal terug bij het busje heb ik het restant van het ontbijt opgegeten. Toen de groep compleet was werd de terugreis ingezet en terug bij het hotel werd het even heerlijk gedoucht en het boeltje bij elkaar gepakt om Nuwara Eliya achter ons te laten. Niet voordat de lunch bij een bakker werd gehaald met voor de verandering eens heerlijke broodjes en een cola dat de opgelopen dorst goed leste.
Toen de bus ons eindelijk weer had gevonden konden we de reis voorzetten naar het naar bij gelegen dorpje Nanu Oya. Onderweg waren theeplukkers bezig op de plantages. Hier werden we weer losgelaten om daar naar het plaatselijke station te lopen. Vanuit hier zouden we de trein pakken. Maar het duurde nog even voordat boemeltje aankwam. Overigens deden maar een paar treinen per dag dit station aan. Een beetje dommelend de tijd gedood. En daar kwam exact op tijd de blauwe pijl aan. Het was erg druk in de trein en Wimal zei dat hij een coupe gereserveerd had. Het duurde even voordat ik op een iets rustiger plekje was aangekomen. Toen zag ik dat bij één deur, die er klaarblijkelijk voor de sier inzaten wat hij stond continu open, plek was.
De trein ging met een sukkelig gangetje door de landschappen van centraal Sri Lanka. En hangend uit de trein kon je prachtige foto's maken. Bovendien werkte de wind verfrissend. Het was een erg leuke rit van ongeveer twee uur door een variabel landschap. Dat leverde de nodige foto's op. Onderweg waren overwegen te zien waar de spoorbomen door mensen bediend werden. De rit ging door heuvelachtig gebied wat de trein al puffend en steunend overwon. Onderweg waren nog zeven stations waar mensen in- en uitstapten. De achtste was het station van Bandarawela. Dit was voor ons het eindstation van deze treinreis.
Aldaar was de bus ter plekke om ons te vervoeren naar het hotel. Het hotel luisterde naar naam Riverside Inn hotel. Volgens Wimal was dit hotel net heropend naar een renovatie. Het lag buiten het dorp en qua sfeer vond ik hotel niets. We werden ontvangen met een kopje thee en Wimal gaf uitleg over het programma van de komende dagen. Maar goed een fijne douche en een lekker bed doet wonderen. En dat moet toegegeven worden was prima voor elkaar. Wel was het allemaal erg gehorig en aangezien mijn kamer aan een drukke weg lag, kwam dit de nachtrust niet ten goede. Na een douche maar weer van de derde etage naar beneden gelopen voor het diner.
Deze zouden we in het hotel nuttigen. Deze was in buffetvorm en ik vond het qua smaak verre van geweldig. Bovendien serveerden ze bier op kamertemperatuur. En de kamers in Sri Lanka zijn warm. Heel warm. Dus met moeite het borrelende goedje naar binnen gegooid. Achter het hotel bevond zich een lokale bar en ik besloot daar mijn geluk eens te beproeven voor de aanschaf van een drankje wat je rustig warm kunt drinken: een donkere rum. Wat ik ook probeerde ik kon geen glaasje rum kopen daar dus naar veel gesteggel maar de hele fles gekocht. Daar zou ik wel een dag of twee mee kunnen doen dacht ik nog.
Er werd gekaart en gepraat en aan het einde van de rit was het ontiegelijk laat en was de fles rum leeg. Ik was nog wel zo kloek dat ik voordat ik het op een zuipen zette ik mijn alarm op mijn telefoon had ingesteld zodat ik mij niet zou verslapen. Ik had mij opgegeven voor de ochtendwandeling en dat zou ik dus morgen dus wel gaan moeten doen.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley