Beesten en water

2 oktober

Het belooft vandaag een bijzondere dag te worden. De dag begint vroeg. Nog voor zonsopgang. Snel even douchen en dan de tent opbreken. Na het ontbijt lopen we naar de receptie van de camping daar staan twee Jeeps op ons te wachten. We gaan een gamedrive maken door Chobe. Kasane ligt middenin Chobe National park. Voor we het dorp uitrijden zien we al het eerste wild. Er scharrelen knobbelzwijntjes rond in het dorp dat nog ontwaken moet. Ook zitten er veel maraboes in de bomen.

Maar hier blijft het niet bij. We rijden bijna vier uur rond in het park. Het wild is overweldigend. We zien impala’s, roodsnaveltokken, olifanten, nimmerzatten, nijlpaarden, lelielopers, spoorwiekganzen, helmparelhoenderen, jakhalzen, zadelbekooievaren, roodkruinscharrelaren, witkapbijeneters, giraffen, vale toerako’s, roodschouderglansspreeuwen, zebramangoesten en groene meerkatten. De hoogtepunten volgen zich deze morgen in rap tempo op. Heel bijzonder zijn de grote groep leeuwinnen met hun jongen die uitrusten nadat ze deze morgen waarschijnlijk al zwaar getafeld hebben. En een luipaard die voor ons verschijnt en een boom inklimt om uit te rusten van een bewogen morgen.

Rond een uur of elf zijn we terug op de camping. We bestijgen Otis voor een reis naar het vierde land van deze reis: Zimbabwe. De rit is kort deze dag. Al naar tien kilometer zijn we bij grens. We mogen even $30,- aftikken voor een visum. Verder gaat alles gestaag bij de grens. Na de grensovergang is het nog 70 kilometer naar onze eindbestemming Victoria Falls. We eten onze lunch op in de truck. Om 13:00 uur rijden we Vic Falls binnen.

Voordat we naar de camping gaan, gaan we eerst naar het activiteitencentrum om te kijken en te boeken wat we morgen gaan doen. Ik weet het al: Ik wil raften. Net als acht andere leden van de groep overigens.

Als we eenmaal op de N1 camping zijn zetten we eerst onze tent op. Het is prachtig weer hier en als de tenten staan gaan we op pad naar de watervallen. Het is iets meer dan een kilometer wandelen voordat we voor de poort van Victoria Falls National Park staan. We betalen $30,- voordat we naar binnen mogen. Dit is de grootste toeristische trekpleister van het land maar ondanks is het niet druk. De waterval is groots en hij wordt van allerlei kanten op de foto gezet. Er bestaat de mogelijkheid om de waterval ook vanaf Zambiaanse kant te bekijken, maar dat werd ons afgeraden. We lopen urenlang rond in het mooie park en genieten van al het water dat naar beneden stort.

Om zes uur zijn we weer terug op de camping. We gaan uit eten op voordracht van onze reisleider. Het wordt Shearwater Café. Ik kies daar voor het dagmenu bestaande uit vis en patat. Het is net een kindermenu en erg vullend vind ik het allemaal niet. Gelukkig heb ik nog een zak chips in de truck liggen zodat de trek nog enigszins gestild wordt. Dit in combinatie van een lekker flesje witte wijn. Als dit op is besluit ik om elf uur maar de slaapzak in te rollen. Morgen belooft een enerverende dag te worden met raften. Daar heb ik nu al zin in.